Vector: Explosieven - voor altijd een gevaar!
Tijdens de bevrijding in oktober 1944 bleef er veel onontplofte munitie achter. Dit zorgde, zelfs na de bevrijding, nog voor de nodige dodelijke slachtoffers.
In Zundert vormden onder meer de vele achtergebleven antitankmijnen bij de Hazenmeren een groot probleem. Bovendien lag de heide vol met zogenaamde “blindgangers”. Dit zijn niet ontplofte explosieven (de term die ik gebruikt is de juiste aanduiding maar ga er voor de eenvoud wel met je mee) en vormden daardoor een zeer groot gevaar voor de burgers. Zij waren niet bekend met de gevaren. Voor met name jongens hadden die explosieven een enorme aantrekkingskracht met alle risico’s die dit met zich meebracht.
De verslagen Duitse troepen hadden veel explosief materiaal achter gelaten en de Timberwolves hadden simpelweg te weinig mankracht om al dat gevaar onschadelijk te maken.
In sommige door de Amerikanen bevrijde dorpen en daarbuiten, lagen zoveel mijnen, dat de bevolking het advies kreeg om niet van de verharde weg af te gaan. Als de Amerikanen het vermoeden hadden dat er langs de doorgaande wegen mijnen e.d. lagen, dan waren er witte linten gespannen. Men moest dan echt die gebieden mijden.
Ond…
In Zundert vormden onder meer de vele achtergebleven antitankmijnen bij de Hazenmeren een groot probleem. Bovendien lag de heide vol met zogenaamde “blindgangers”. Dit zijn niet ontplofte explosieven (de term die ik gebruikt is de juiste aanduiding maar ga er voor de eenvoud wel met je mee) en vormden daardoor een zeer groot gevaar voor de burgers. Zij waren niet bekend met de gevaren. Voor met name jongens hadden die explosieven een enorme aantrekkingskracht met alle risico’s die dit met zich meebracht.
De verslagen Duitse troepen hadden veel explosief materiaal achter gelaten en de Timberwolves hadden simpelweg te weinig mankracht om al dat gevaar onschadelijk te maken.
In sommige door de Amerikanen bevrijde dorpen en daarbuiten, lagen zoveel mijnen, dat de bevolking het advies kreeg om niet van de verharde weg af te gaan. Als de Amerikanen het vermoeden hadden dat er langs de doorgaande wegen mijnen e.d. lagen, dan waren er witte linten gespannen. Men moest dan echt die gebieden mijden.
Ondanks dit advies, zorgden onontplofte munitie en mijnen voor vele slachtoffers onder de Westbranders.
Ook in de plaatsen die tegenwoordig onder de huidige gemeente Zundert vallen, verloren meerdere inwoners het leven.
Zo kwam Joannes van Bergen uit Wernhout om het leven bij de ontploffing van een projectiel, en lieten de 13-jarige Johannes Hense en de 17-jarige Cornelis van Aert het leven toen hun paard met wagen op een antitankmijn reed. Ook in Rijsbergen kwam de ruiming van munitie voor enkele slachtoffers te laat.
Op 1 november 1944 trapte de 76-jarige Frans van Meer op een landmijn en de 9-jarige Adianus Oostvogels speelde met een handgranaat die vervolgens ontplofte.
Na de bevrijding van West-Brabant begin november 1944, kwam het ruimen van mijnen en ander explosief materiaal in handen van de Britse genie. Ook Poolse genie droeg zijn steentje bij. In totaal waren een kleine 1.000 man hierbij betrokken, maar zij hadden nog wel andere taken zoals het onderhoud van het vaak zwaar beschadigde wegennet in het West Brabantse.
In diezelfde winter richtte het Nederlandse leger in opbouw de Mijnopruimingsdienst op. Eerst nog een kleine eenheid die getraind zou gaan worden door de Engelse genie. In de loop van de winter ging men onder Britse begeleiding aan de slag.
Na het einde van de oorlog trok de Britse genie zich geleidelijk terug uit Nederland. Hierdoor stond de Mijnopruimingsdienst er alleen voor. Vanaf de zomer van 1945 namen Duitse krijgsgevangen dit gevaarlijke werk grotendeels over. Dit onder toezicht van de Nederlandse mijnenopruimers.
Met het monument ‘Baken van Vrijheid’ worden in Zundert burgers en militairen geëerd die om het leven zijn gekomen tijdens hun strijd voor de vrijheid van Nederland.