V1 zaait dood en verderf
Grote delen van Noord-Brabant lagen op de route van de V1 vliegende bommen. Ook een Canadees hoofdkwartier in Kaatsheuvel ontkwam niet aan een ramp.
Operatie Elephant, bedoeld om het Duitse bruggenhoofd bij Kapelsche Veer te vernietigen, duurde van 26 tot 31 januari 1945. Tijdens deze operatie was het hoofdkwartier van de 9th Field Squadron RCE, een compagnie van de Canadese genie, gevestigd in het Missiehuis aan de Antoniusstraat in Kaatsheuvel. De Canadese genisten hadden vele taken. De belangrijkste was het aanleggen van bruggen, van vitaal belang in het waterrijke Nederland. Daarnaast waren zij verantwoordelijk voor het onderhoud van de wegen. Hun werk aan het front was vaak levensgevaarlijk, maar de staf in het hoofdkwartier zat op veilige afstand. Toch kon het ook daar misgaan.
Op vrijdag 26 januari 1945 om 15.45 uur stortte een V-1 neer op het Missiehuis en de ernaast gelegen bakkerij Van den Oord. In het Missiehuis bevonden zich op dat moment veel evacuees uit Zeeland en West-Brabant. De ravage was enorm. De Rode Kruiskolonne uit Waalwijk haalde vijftien lichamen onder het puin vandaan, het uiteindelijke dodental was zesentwintig.
Er kwam ook een…
Operatie Elephant, bedoeld om het Duitse bruggenhoofd bij Kapelsche Veer te vernietigen, duurde van 26 tot 31 januari 1945. Tijdens deze operatie was het hoofdkwartier van de 9th Field Squadron RCE, een compagnie van de Canadese genie, gevestigd in het Missiehuis aan de Antoniusstraat in Kaatsheuvel. De Canadese genisten hadden vele taken. De belangrijkste was het aanleggen van bruggen, van vitaal belang in het waterrijke Nederland. Daarnaast waren zij verantwoordelijk voor het onderhoud van de wegen. Hun werk aan het front was vaak levensgevaarlijk, maar de staf in het hoofdkwartier zat op veilige afstand. Toch kon het ook daar misgaan.
Op vrijdag 26 januari 1945 om 15.45 uur stortte een V-1 neer op het Missiehuis en de ernaast gelegen bakkerij Van den Oord. In het Missiehuis bevonden zich op dat moment veel evacuees uit Zeeland en West-Brabant. De ravage was enorm. De Rode Kruiskolonne uit Waalwijk haalde vijftien lichamen onder het puin vandaan, het uiteindelijke dodental was zesentwintig.
Er kwam ook een Canadese militair om het leven, sappeur William Richards. Hij bevond zich in de bakkerij waar hij was ingekwartierd. De gewonden werden afgevoerd naar het ziekenhuis in Tilburg. Meer dan tachtig evacuees stonden aanvankelijk ontredderd op straat na de explosie. In Canadese vrachtwagens werden ze naar een leegstaande fabriek in Waalwijk vervoerd, waar ze een week verbleven. Daarna werden ze ondergebracht op verschillende adressen. Eind mei kwamen ze terecht in het Missiehuis in Etten-Leur. Pas na de Duitse capitulatie konden ze weer naar huis.
Naast één dode telden de Canadezen niet minder dan twintig gewonden, waaronder de commandant van de compagnie, kapitein Clazie. Zijn rechterhand, luitenant Beavan, nam het bevel over en zette een nieuw hoofdkwartier op in Café Van Boxtel aan de overzijde van de Antoniusstraat. De strijd bij Kapelsche Veer was net begonnen en zou nog bijna een week duren. Ook daar kreeg het 9th Field Squadron het zwaar te verduren.