Vector: De Timberwolves ontmoeten de Polen
Een dergelijke ontmoeting van “friends” vond ook plaats op een koude maandag, 30 oktober 1944.
In een leger zijn er divisies en die opereren in zogenaamde divisievakken. Deze vakken hadden in West-Brabant ongeveer een breedte van 8 à 10 kilometer. De grenzen van die vakken werden door hogerhand vastgesteld. Vervolgens moesten de verschillende divisiehoofdkwartieren heel duidelijk communiceren met de lagere eenheden waar hun vak precies ophield. Dit om te voorkomen dat troepen van de verschillende divisies niet goed van elkaar wisten waar precies de grens lag tussen hen en de ander. Op die manier voorkwam men dat de collega’s aangezien werden als een naderende vijand. Een dergelijke ontmoeting van “friends” vond ook plaats op een koude maandag, 30 oktober 1944.
De troepenmacht die West-Brabant bevrijdde was echt een internatio…
In een leger zijn er divisies en die opereren in zogenaamde divisievakken. Deze vakken hadden in West-Brabant ongeveer een breedte van 8 à 10 kilometer. De grenzen van die vakken werden door hogerhand vastgesteld. Vervolgens moesten de verschillende divisiehoofdkwartieren heel duidelijk communiceren met de lagere eenheden waar hun vak precies ophield. Dit om te voorkomen dat troepen van de verschillende divisies niet goed van elkaar wisten waar precies de grens lag tussen hen en de ander. Op die manier voorkwam men dat de collega’s aangezien werden als een naderende vijand. Een dergelijke ontmoeting van “friends” vond ook plaats op een koude maandag, 30 oktober 1944.
De troepenmacht die West-Brabant bevrijdde was echt een internationale strijdmacht. Britten, Canadezen en Amerikanen maar ook Polen maakten daar onderdeel vanuit. Het merendeel van deze Polen hadden de Duits-Russische inval in hun land meegemaakt. De Russen maakte velen van hen krijgsgevangen. Toen Duitsland Rusland zelf binnenviel, konden Poolse militairen de krijgsgevangenkampen verlaten. Via een enorme omweg bereikten grote aantallen Polen het veilige Engeland, waar hun regering in ballingschap zich gevestigd had. Men richtte in de jaren daarna de 1 Poolse pantserdivisie op en kwam onder bevel te staan van Montgomery. Deze liet de volledig gemotoriseerde divisie onder commando van de Canadese generaal Crerar opereren. Na hun landing in Normandië en opmars door België en Zeeuws-Vlaanderen bereikte men in oktober 1944 Noord-Brabant. Hun hoofddoel werd de stad Breda. Die bevrijdden zij op 29 oktober 1944. Voor een feest was geen tijd, want de Duitsers moesten uit heel West-Brabant verdreven worden. Evenals bij de Timberwolves kregen de Polen de taak om zo snel mogelijk het Hollands Diep te bereiken. Divisiecommandant Stanislaw Maczek hield bij de uitvoering van deze hoofdopdracht goed zijn beide flanken in de gaten. Daar konden zich immers nog steeds Duitsers bevinden. Op zijn linkerflank bevond zich het eeuwenoude 200 hectare grote Liesbos. Een prima plek om je als Duitse eenheid te verbergen. Vanuit het Poolse hoofdkwartier stuurde men in een nachtelijk bevel een van de tankeenheden op dit bos af. 2 Pulk Pancerny (pantser regiment), uitgerust met zo’n vijftig Sherman tanks, kreeg de opdracht het Liesbos en de omliggende omgeving te zuiveren van de vijand. Het valt niet meer te achterhalen of men gewaarschuwd was voor naderende Amerikanen. Het Liesbos lag zoals gemeld, nog juist binnen het divisievak van de Polen.
De Timberwolves waren inderdaad niet ver weg meer. Op 29 oktober waren de Amerikanen de hele dag bezig geweest om vanuit Rijsbergen op te rukken. Hun doel was immers op te trekken in de richting van Etten en Leur. Het 414 regiment was daarvoor aangewezen. Voor het regiment was dit een opmars in noordwestelijke richting. Daarom was het noodzakelijk de linkerflank te beschermen. Het divisiehoofdkwartier in Rijsbergen gaf een kleine eenheid hiervoor het bevel. Dit betrof het 1 bataljon (we gebruiken nergens het superscript bij aanduidingen van eenheden)van het zusterregiment 413. Majoor John White gaf hieraan leiding. Rond middernacht trok men over de nieuw aangelegde Bailey brug over het Vaartkanaal. Hun opdracht was de verbindingsweg te bereiken tussen Etten en Breda om zo te voorkomen dat de Duitsers deze weg konden gebruiken voor een aanval op Etten. Op deze manier waren troepen van beide landen elkaar wel heel dicht genaderd. Rond half vijf in de ochtend op 30 oktober bereikte majoor White en zijn mannen de omgeving van het kruispunt bij het groot seminarie ‘Liesbosch’. De grote panden vormden een duidelijke markering in het donker. Tegen kwart voor acht zagen de Amerikanen uit oostelijke richting tanks naderen. Omdat White bevel gaf de anti-tank kanonnen in stelling te brengen, wist de majoor niets van de mogelijkheid dat dit wel eens Poolse tanks konden zijn. Dit duidt erop dat er niet goed gecommuniceerd moet zijn in de richting van White. Hij en zijn manschappen bevonden zich immers op de uiterste grens van het Amerikaanse divisievak. Juist voordat hij het bevel gaf om het vuur te openen op de naderende tanks, constateerden de Amerikanen dat die waargenomen schimmen, de vorm hadden van Sherman tanks. Dat konden geen Duitse tanks zijn! Dat moesten wel hun buren zijn. Een pijnlijke fout kon zo vermeden worden.
Hoe die ontmoeting bij de kruising bij Liesbos heeft plaatsgevonden, valt 80 jaar later niet meer te vertellen. Ongetwijfeld zal het veel handen- en voetenwerk geweest zijn, want de gemiddelde Poolse militair sprak geen Engels en de Timberwolves geen woord Pools.