Bloedige strijd om een bruggenhoofd
West-Brabant werd bevrijd door een waarlijk internationale troepenmacht. Het First Canadian Army van generaal Crerar had naast Canadese divisies ook Britse, Amerikaanse en Poolse eenheden onder bevel. Poolse soldaten streden twee dagen in een klein bruggenhoofd bij Nieuwe Veer.
West-Brabant werd bevrijd door een waarlijk internationale troepenmacht. Het First Canadian Army van generaal Crerar had naast Canadese divisies ook Britse, Amerikaanse en Poolse eenheden onder bevel. Poolse soldaten streden twee dagen in een klein bruggenhoofd bij Nieuwe Veer. Uiteindelijk was hun offer tevergeefs.
Twee dagen na de bevrijding van Breda op 29 oktober 1944 raceten onderdelen van de 1st Polish Armoured Division van generaal-majoor Maczek naar het noorden; hun doel was Moerdijk en de vitale bruggen daar. Maar eerst moesten de Cromwell tanks van de verkenningsafdeling, 10 PSK, de rivier de Mark oversteken. Dat probeerden ze bij Nieuwe Veer, pal ten zuiden van Moerdijk. Uiteraard waren zowel de gloednieuwe verkeersbrug als de spoorbrug opgeblazen. Besloten werd om de infanterie, het 8ste Bataljon, bijgenaamd de ‘Bloedhemden’, in bootjes de Mark over te zetten. Een klein bruggenhoofd was het resultaat op 31 oktober.
Pools bruggenhoofd
De reactie van de tegenstander, de 245. Infanterie-Division van luitenant-genera…
West-Brabant werd bevrijd door een waarlijk internationale troepenmacht. Het First Canadian Army van generaal Crerar had naast Canadese divisies ook Britse, Amerikaanse en Poolse eenheden onder bevel. Poolse soldaten streden twee dagen in een klein bruggenhoofd bij Nieuwe Veer. Uiteindelijk was hun offer tevergeefs.
Twee dagen na de bevrijding van Breda op 29 oktober 1944 raceten onderdelen van de 1st Polish Armoured Division van generaal-majoor Maczek naar het noorden; hun doel was Moerdijk en de vitale bruggen daar. Maar eerst moesten de Cromwell tanks van de verkenningsafdeling, 10 PSK, de rivier de Mark oversteken. Dat probeerden ze bij Nieuwe Veer, pal ten zuiden van Moerdijk. Uiteraard waren zowel de gloednieuwe verkeersbrug als de spoorbrug opgeblazen. Besloten werd om de infanterie, het 8ste Bataljon, bijgenaamd de ‘Bloedhemden’, in bootjes de Mark over te zetten. Een klein bruggenhoofd was het resultaat op 31 oktober.
Pools bruggenhoofd
De reactie van de tegenstander, de 245. Infanterie-Division van luitenant-generaal Sander, liet niet lang op zich wachten. Al snel volgden de Duitse tegenaanvallen elkaar op. De Duitse reactie was zo fel omdat de weg naar Moerdijk zo lang mogelijk moest worden opengehouden voor de terugtrekkende troepen. Gedurende de daaropvolgende nacht werd via drijvende bruggen versterking aangevoerd in de vorm van acht Sherman tanks en twee M-10 rupsvoertuigen. Op 1 november lukte het de Polen het bruggenhoofd wat te vergroten. Tot de Duitse troepen een hernieuwde tegenaanval inzetten en de Polen opnieuw terugdrongen tot dichtbij de Mark.
Terugtocht
De ene na de andere Sherman tank werd uitgeschakeld. Om zes uur ’s avonds viel het besluit het bruggenhoofd op te geven. Rond middernacht waren alle Poolse troepen weer terug op de zuidoever van de Mark. De strijd was kort, maar buitengewoon fel geweest. De Poolse verliezen waren aanzienlijk: 16 doden, 40 gewonden en 8 vermisten. Twee dagen later staken de troepen van Maczek over het Markkanaal bij Ter Aalst. Deze oversteek was wel succesvol. Moerdijk viel uiteindelijk op 9 november in Poolse handen.